Titel: Ruud de Reiger en de Koele Kikker
Auteur: Leo Alexander Schlangen Uitgeverij: Las Jaar van uitgave: 2017 Aantal bladzijdes: 60 Het is winter in park Kweeklust. De meeste vogels zijn naar het Zuiden en de hondendrollen zijn hard en bevroren. De rietstengels steken fier boven het ijs uit, alsof zij de enigen zijn die de winter weten te overleven. Echter is het park niet verlaten. Meneer Meeuw is er nog en Minie Meerkoet. Er wordt zelfs een welbezocht knalfeest georganiseerd. En weet je door wie? Weet je wie, weet je wie? Door de enige echte reiger Ruud!
Het boek Ruud de Reiger en de Koele Kikker bestaat uit verschillende verhalen. (We mogen de hoofdstukken niet ‘verhaaltjes’ noemen.). De verhalen volgen elkaar op een juiste chronologische manier op. Zo kom je er in het eerste verhaal achter waarom de vogels verdwenen zijn. Hierdoor kun je verklaren waarom ze niet aanwezig zijn op het feest dat in het laatste verhaal plaatsvindt.
De acht verhalen worden voorafgegaan door een lied. Het Weet je wie?-lied is leuk als intro, omdat je niet plots bij het eerste verhaal begint. Toch is het jammer dat dit lied het eerste is dat je tegenkomt, aangezien de tekst ervan veel spoilers geeft. De clues van alle verhalen komen aan bod en in de refreinen wordt gevraagd naar Ruud de Reiger. ‘Weet je wie, weet je wie?’ In het begin van het boek kun je nog niet weten wie Ruud is en blijft de vraag onbeantwoord. Hier kan tijdens het voorlezen rekening mee worden gehouden, door de volgorde aan te passen. Desondanks zou de plattegrond van het park – die nu in het midden van het boek staat afgebeeld – beter als introductie passen. Echter is dit iets minder origineel dan een heuse song. Illustratrice Jenny de Bruin staat op de omslag vermeld en verdient dus ook een plekje in deze recensie. Haar prachtige schetsen brengen het park in beweging. Ze zijn niet zo detaillistisch als je in prentenboeken misschien verwacht, hoewel ze passen bij de avonturen van Ruud. Ook zijn de prenten origineel en gedurfd. Kijk maar naar het hoofdstuk over sleetje rijden. De Bruin durft de eerste twee bladzijdes te vullen met enkel een sneeuwspoor, terwijl het een meer voor de hand liggende optie was geweest om de dieren op deze plaatsen te introduceren. Ruud de Reiger past perfect in de titel van het prentenboek. De Koele Kikker daarentegen iets minder. Bij de aanblik van de titel en de omslag krijg je de indruk dat de reiger en de kikker vriendjes van elkaar zijn of worden. Dit is sowieso al bijzonder, aangezien het de missie van een kikker is om zo ver mogelijk bij een reiger vandaan te blijven. Een kikker zit namelijk in een andere schijf van de voedselpiramide dan een reiger. Echter speelt de Koele Kikker in slechts één hoofdstuk een rol, wat weinig is om zo’n vijftig procent van de titel in beslag te mogen nemen. Naast de kikker, die een kleine rol heeft, heeft ook de Friese stabij Farouk een kleine rol. De hond wordt uitgenodigd voor het eindfeest en laat een keer een bruine boodschap achter in het park. Het is jammer dat de hond niet meer in beeld komt, want het zou een fijne afwisseling zijn tussen alle vogelsoorten die wel telkens op het toneel staan. De overige gevleugelde personages worden met persoonlijke kenmerken op de kaart gezet, met als gevolg dat ze stuk voor stuk unieke dieren zijn. Zo weet Meneer Meeuw veel feitjes, omdat hij regelmatig de krant leest. Hij vertelt waar krokodillen leven en waarom de zomervogels nergens te vinden zijn. Minie Meerkoet vindt het leuk om te rijmen en blijkt een heuse trendsetter te zijn, want even verderop beginnen Ruud en kauw Karel ook enthousiast te rijmen. Wie had ooit gedacht dat vogels zo’n uitbundig leven leidden? Recensie door Rosanne
2 Comments
Alex
20/6/2017 15:44:42
Beste Rosanna,
Reply
Rosanne - QM
20/6/2017 21:53:49
Reply
Leave a Reply. |
Archieven
May 2020
Categorieën
All
|