Enige tijd geleden introduceerden we Du’var-dai aan jullie: de wereld waarin de boeken van Evi Verhasselt zich afspelen. Vandaag neemt ze jullie mee op reis door deze wereld en belicht ze een aantal belangrijke aspecten. En het gebeurde dat Immer verlaten werd. Zeven en hun clan vertrokken. Drie schepen zeilden heen. Ogotha, schoon en duister, oud als de tijd en Mélimor, wijs en zachtmoedig, vervuller van wensen, leidden hun kinderen door de eeuwigheid naar een nieuwe wereld. Doch Du’var-dai was waar zij hun thuis vonden. Zij meerden aan en de volkeren verspreidden zich over de wereld. Ieder van hen werd een plaats toegewezen. De Runani, de Ordokh en de Mosh in het Oosten, de Gerrigh in het Westen, de Dragoni in het Noorden, en de Aquin verdwenen in de Oceaan die de twee continenten van elkaar scheidde. Aldus bleef enkel het volk van Immer over. En de Ouden schiepen een eiland en plaatsten het in de Oceaan tussen de grote continenten, en noemden het Ilfflain. Uittreksel uit 'Verhalen uit de Schemering' Architectuur Een bezoek aan de wereld van Du'var-dai start in Terumen, het tumultueuze werelddeel dat werd toegewezen aan de mensen, aan de voet van de Grote Muur. Dit stukje architectuur is het werk van Borhan de Bouwer, een markant figuur uit de vroege geschiedenis van Du'var-dai. Er gaan verschillende verhalen rond over de grote architect. Volgens de Mosh was hij een geniale mens, de Ilf bestempelen hem als een getalenteerde elf en bij de Runani staat hij bekend als een dwerg met zeer begenadigd intellect. Wie hij ook was, vast staat dat hij de enige was die kon werken met het illustere Eldriet, een onverwoestbaar gesteente waarvan de oorsprong verdween in de mysteriën van de tijd. Dankzij dit gesteente staat het nalatenschap van Borhan de Bouwer tot op de dag van vandaag nog steeds ongeschonden overeind. De Grote Muur, die de oostelijke grens vormt tussen Cavaros en Noord-Terumen, loopt van de Spyrran (Spitsbergen) tot de Wyrlbrann (Wilskracht). Officieel is de Gouden Poort in Cimuron de enige doorgang, maar er zijn er andere. Een vreemd trekje van Borhan de Bouwer was namelijk dat hij nooit - echt nooit - een bouwwerk volledig afgewerkt afleverde. Ben je op de vlucht voor de Orde van het Bloed? Dan is het mogelijk de Muur te omzeilen als je een obscure herbergier betaald in Cimuron of een gids kiest die z'n weg kent in de Spitsbergen. Vanaf de Grote Muur reis je verder naar de handelsstad Mondua, waar de wet van het geld regeert. Daar kan je per schip in enkele dagen het Nauw oversteken naar Eliflain, zodat je een ander architecturaal wonder kan bezoeken: Thrill, de hoofdstad van eilandcontinent waar de elfen wonen. Hoewel Borhan de Bouwer zich beperkte tot het paleis en het bovendeel van de stad, vormen de witte, Eldrieten muren een baken voor elke schipper die de haven nadert. Wie echter het voorrecht heeft om binnen de grenzen van de binnenstad te leven, kent ook de nadelen van Borhans genialiteit. Het is bijvoorbeeld onmogelijk een nagel te slaan in een onverwoestbare steen, iets waarvan de muurschilders van Thrill dagelijks de vruchten plukken. Minder bekende werken van Borhan de Bouwer zijn onder andere de 'Gebroeders', een standbeeld in Sav'dahan, de Zaal der Bloemen in Maryenar en de Hemelkoepel in Valwaan. Wie de architect werkelijk was, waar het Eldriet vandaan kwam en waarom hij geen tijd had om zijn kunstwerken te vervolledigen, lees je in De Laatste Erfgenaam.
Literatuur 'Verhalen uit de Schemering' is ongetwijfeld het bekendste boek uit Eliflain. De vertellingen spreken tot de verbeelding en werden veelvuldig vertaald, zodat er zelfs kopijen beschikbaar zijn in de bibliotheken van het verre Gragh-Hor. Hoewel de Ilf dit werk beschouwen als een deel van hun geschiedschrijving, bevat het ook een aantal legendes en sprookjes, waaronder bijvoorbeeld het verhaal van de vijf broers (te lezen in De Smaragden Troon). Het bekendste stukje van dit boek is ongetwijfeld het begin (zie boven), waarin de verdeling van Du'var-dai werd opgetekend, iets dat bekrachtigd werd door alle toenmalige, erkende volkeren in de Stenen Wet. Borhan de Bouwer creëerde een monument in het Stenen Woud nabij Demetron, de hoofdstad van Cavaros, waarop de beroemde woorden nog steeds te bezichtigen zijn. (Een pelgrimsreis die elfen sterk wordt afgeraden. De kans dat zij eindigen als offer aan de Profeet Jaros, in een ritueel waarbij zij vastgenageld worden aan een boom, is bijzonder groot.) Hoewel verschillende landen beweren de grootste bibliotheek op Du'var-dai te bezitten, gaat die prijs zonder enige twijfel naar Runandei. De Grote Bibliotheek van Aldrâkh, de hoofdstad van het land, lijkt met zijn twee verdiepingen op het eerste gezicht nauwelijks het bezichtigen waard. Wie echter durft af te dalen in het labyrinth van onderaardse gewelven, wordt daarvoor beloond met de grootste literaire verzameling ter wereld. Gedichten uit Gragh-hor, volksverhalen uit Terumen, wetenschappelijke werken uit Runandei en, naar men beweert, zelfs de originele verzameling 'Verhalen uit de Schemering'. Proza en poëzie, op papier, perkament, steen, hout én zelfs goud, alles kan je er vinden. Maar, let op, menig bezoeker verdwaalde er en weinigen werden ooit teruggevonden. Vergeet niet, dat de groet der dwergen net zo goed als afscheid kan worden gebruikt. Ben jij net zo nieuwsgierig naar Du'var-dai geworden? In De Laatste Erfgenaam kom je nog veel meer over deze wonderlijke wereld te weten!
0 Comments
|