Onlangs kwam Heren van Twist uit, het laatste deel van De onzichtbare maalstroom. Kun je in je eigen woorden vertellen waar de serie over gaat?
Er zijn verschillende alternatieve werelden en mensen die daartussen kunnen reizen. Ze komen er gaandeweg achter dat dat misschien helemaal geen goed idee is, tussen werelden duiken. Ze krijgen te maken met allerlei monsters, dode goden, krankzinnige priesters en nog veel meer. Het is fantasy over wetenschappers, gedachtelezers en parallelle werelden, met een vleugje sciencefiction en een flinke scheut horror. Je hebt de reeks nu afgerond. Welk van de vier boeken heeft je de meeste moeite gekost? Heren van Twist, omdat er zo veel plotlijnen uit de vorige boeken lagen. Het was heel moeilijk om alle losse eindjes aan elkaar te knopen, maar volgens mij is het wel gelukt. Het boek is ook anderhalf keer zo dik als de andere, dat maakte het ook moeilijker. Als je het eerste nieuwste deel met het eerste deel vergelijkt, waarin ben je als schrijver dan het meest gegroeid? Ik kan plot en personages beter verweven. In de eerste twee heb je de plot van het verhaal en de problemen en ontwikkelingen van de personages, maar die staan een beetje los van elkaar. In Heren van Twist zijn die vrijwel hetzelfde. Kun je - zonder te veel weg te geven - iets vertellen over de scène die je het leukst vond om te schrijven? Oe, wat een moeilijke vraag. Ik vind het leuk als een scène heel moeilijk is, maar dat ik plotseling de oplossing vind waardoor de scène werkt. Zo zit er in Heren van Twist een gesprek tussen Rufeine en de kardinaal van Otrostaadt. Ik had de kardinaal in Lege steden al genoemd en ik had hem gebaseerd op Richelieu uit De drie musketiers: een harde man die over lijken ging. Het gesprek kwam echter moeilijk op gang, totdat ik bedacht dat hij zich helemaal niet hard en zakelijk hoefde te gedragen. Uiteindelijk heb ik hem gebaseerd op Richard Attenborough in Jurassic Park, de liefste opa die je je maar zou kunnen wensen. Dat werkte wel. De titels van je boeken zijn erg krachtig. Hoe ben je op deze titels gekomen? Het zijn allemaal zaken die in de boeken voorkomen. Lege steden komt van een uitspraak van een van de personages (‘Die stad is leeg voor mij.’) Wolvinnen van Otrostaadt is hoe Heike, Edison en Odette zich noemen, vernoemd naar een radio-hoorspel. De Vorstin van de Kou en Heren van Twist zijn enge figuren waar de personages mee te maken krijgen. Je hebt een fantasy-reeks geschreven. Ben je van plan om in dit genre te blijven schrijven of ben je toe aan iets heel anders? Ik ben nu bezig aan een sciencefictionboek dat zich op Mars afspeelt. Voor daarna heb ik een aantal ideeën, waarvan ik nog niet weet welke ik het eerst ga aanpakken. Twee daarvan zijn scifi, één daarvan fantasy, maar dat heeft geen invloed op de keuze. Het belangrijkste is dat ik enthousiast ben over een idee. Dan maakt het genre eigenlijk niet uit. Ik zie het echter niet gebeuren dat ik ooit een verhaal schrijf zonder fantastische elementen. Ik zou wel willen, maar mijn brein werkt gewoon niet zo. Tot slot zijn wij benieuwd of je nog tips hebt voor beginnende schrijvers. Aan welke tip heb jij veel gehad? Reserveer een dagelijkse tijd en plaats om te schrijven. Begin elke dag om dezelfde tijd en ga op dezelfde plek zitten. Bepaal ook een minimale tijd dat je daar moet zitten, ook als het niet lukt en je aan het einde niets hebt geschreven, dan zit je maar een uur naar een wit scherm te staren. Als je elke dag gaat zitten begint je creativiteit eraan te wennen en zal je zien dat de ideeën om deze tijd zullen komen.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archieven
June 2019
|