Onlangs is 'Het Pilgrim Fathers-complot' uitgekomen. Kunt u in uw eigen woorden vertellen waar het boek over gaat?
In 2020 is het vierhonderd jaar geleden dat de Pilgrim Fathers uit Europa naar Amerika vertrokken, op zoek naar (geloofs)vrijheid. Zij worden beschouwd als de grondleggers van de Verenigde Staten. Van 1609-1620 hebben ze in Leiden gewoond nadat ze uit Engeland gevlucht waren omdat ze daar vanwege hun geloof vervolgd werden. In Amerika, in Engeland, maar ook in mijn woonplaats Leiden gaat dit herdenkingsjaar groots gevierd worden. Dat was voor mij de aanleiding om me te verdiepen in de geschiedenis van de Pilgrims – met name in de sporen die ze in Leiden achtergelaten hebben. Vanuit Nederland hebben ze veel ideeën meegenomen naar Amerika, zoals de vrijheid van godsdienst, meningsuiting en drukpers, maar ook opvattingen over de scheiding tussen kerk en staat en de instelling van het burgerlijke huwelijk. Het lijkt er zelfs op dat het Thanksgivings-diner gebaseerd is op de dankmaaltijd die in Leiden op 3 oktober gehouden werd om het Leidens Ontzet te vieren. Van de groep Pilgrimfathers die in 1609 in Leiden kwam wonen is overigens de helft gebleven en opgegaan in de bevolking. Ik ga de echte reden onthullen waarom een grote groep weggegaan is. Ik verbind het met het verhaal van de Exodus, waarmee de Pilgrims zichzelf ook vergeleken. Het verhaal begint in medias res: de voorzitter van de plaatselijke Vrijmetselaarsloge is op gruwelijke wijze om het leven gebracht. Bijna tegelijkertijd wordt er in het gemeentearchief een manuscript gevonden waarin een anonieme auteur de tot dan toe verborgen geschiedenis vertelt van de Pilgrim Fathers, de Founding Fathers van de Verenigde Staten. De hoofdpersoon Peter de Haan raakt ongewild bij deze zaken betrokken. Ook nu maak ik gebruik van historische en theologische kennis. Ik trek een parallel tussen het vertrek van de Pilgrims naar Amerika en de Exodus, de uittocht van het volk Israël uit Egypte, een vergelijking die door de Pilgrims zelf ook al gemaakt werd. Het boek telt 40 hoofdstukken, net zoveel als het aantal jaren dat het volk Israël door de woestijn gezworven heeft: 24 in Leiden, 8 in Boston en Plymouth in de VS en 8 in de Sinaï-woestijn. Er lopen twee verhaallijnen door elkaar heen: er is een politieduo dat de moord op de voorzitter van de Vrijmetselaars onderzoekt en er het verhaal van Peter de Haan, die steeds dieper in het mysterie van de Pilgrim Fathers gezogen wordt. Het zogenaamde dagboek, er zijn 8 fragmenten, vormt de rode draad van het boek. In 'Het Pilgrim Fathers-complot' speelt Peter de Haan opnieuw de hoofdrol. Hoe is het om een hele boekenreeks rondom één personage te bouwen? Dat is heel erg prettig, omdat je hem als schrijver op een gegeven moment echt leert ‘kennen’ – net als de lezers trouwens die ook vertrouwd raken met hem. Bepaalde dingen horen bij hem en andere weer niet, zodat het verhaal soms een bepaalde kant op ‘gestuurd’ wordt, vanuit het karakter van de hoofdpersoon. Je kunt dan als schrijver eigenlijk geen andere keuze maken, omdat dat niet past bij het karakter van Peter de Haan. Het was aanvankelijk helemaal niet mijn plan om een trilogie rond dezelfde persoon te schrijven. Voor mijn tweede boek, Het Pauluslabyrint, had ik al een aantal hoofdstukken geschreven met een andere hoofdpersoon, maar het wilde maar niet vlotten. Toen zei mijn vrouw: waarom ga je niet verder met Peter de Haan? Dat was zo’n goed idee! Ik gooide alles weg wat ik had en begon opnieuw, nu met Peter de Haan. En het verhaal kwam direct op gang. De titel klinkt veelbelovend. Hoe is de titel tot stand gekomen? In de titel wil je natuurlijk iets hebben dat met het hoofdonderwerp te maken heeft. Een tijd lang heb ik gewerkt met Het Mayflower Mysterie, naar het schip waarmee de Pilgrims naar Amerika vertrokken. Maar veel mensen weten natuurlijk helemaal niet dat het Pilgrimschip zo heette en bovendien was het te ‘Suske-en-Wiske-achtig’, ook door die alliteratie. We hebben nog wat geworsteld met Het Geheim van de Pilgrim Fathers, Het Pilgrim Geheim, en tot vlak voor het einde was de titel: Het Pilgrim Fathers Geheim, maar dat is uiteindelijk Het Pilgrim Fathers Complot geworden, een titel die toch het best de lading van het boek dekt. Ook het ontwerp van de flap ziet er fantastisch uit. Kunt u al iets meer vertellen over wat het ontwerp afbeeldt en hoe het tot stand is gekomen? Ik ben zelf ook echt heel erg blij met het omslag! Omdat de Vrijmetselaars een belangrijke rol spelen in het boek wilde ik graag dat die erin terugkwamen. Nu beschikken de Vrijmetselaars over een heel rijke symboliek waaruit je voor een omslag mooi kunt putten natuurlijk. Het is ontworpen door Wil Immink van Wil Immink Designs. Over zijn eerste voorstel was ik direct al superenthousiast: het is mysterieus, uitdagend, roept vragen op, visueel heel aantrekkelijk. Wil heeft ook het omslag van Het Pauluslabyrint gemaakt en dit is helemaal in lijn daarmee, echt ontzettend mooi! Wat je ziet is het Alziende Oog, dat volgens sommigen wijst op de alomtegenwoordigheid van God. Het is een oud-Egyptisch symbool, het Oog van Horus of het Oog van Ra, dat stond voor de (vrouwelijke) zon – ook een soort ‘oog’ dat alles ziet wat er op de wereld gebeurt. Het wordt ook wel gebruikt als amulet om het Boze Oog af te weren. Maar het mooie aan de Vrijmetselaars vind ik juist de afwezigheid van dogma’s. Uiteindelijk mag iedereen zijn eigen uitleg aan dit symbool geven. Niemand heeft de waarheid in pacht, dus niemand kan tegen iemand zeggen: jouw uitleg van dit symbool is fout, alleen mijn interpretatie is juist. Bovendien kan de betekenis van het symbool voor iemand gedurende zijn leven veranderen, het ligt zelfs voor de persoon zelf niet voor altijd vast. 'Het Pilgrim Fathers-complot' speelt zich af in Leiden en er is zelfs een op het boek gebaseerde route die lezers door de stad kunnen lopen. Echter komen volgens de flaptekst ook grote landen als Amerika en Egypte aan bod. Bent u zelf veel buiten de deur geweest, speciaal voor dit verhaal? Na mijn studie heb ik een tijd als reisleider gewerkt, onder meer in Egypte. Dat was halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw. Toen kon je nog eenvoudig door de Sinaï reizen, nu is dat niet meer mogelijk door de aanwezigheid van allerlei aan IS en Al-Qaida gerelateerde groeperingen. Ik ben toen verschillende keren bij het Sint Catharinaklooster geweest, aan de voet van de Sinaï-berg waar volgens de overlevering Mozes de Stenen Tafelen met de Tien Geboden van God zou hebben gekregen. Het is een werkelijk schitterend klooster, uit het begin van de 4e eeuw, dat gebouwd is rond de vermeende bramenstruik van waaruit God tot Mozes sprak. Vooral de wandeling ’s nachts naar de top van de berg zal me voor altijd bij blijven. Je vertrekt om 2 uur ’s nachts en bent dat om 6 uur boven, precies op tijd om de zon boven de woestijn op te zien komen! Voor wat betreft Egypte heb ik vooral gepunt uit mijn herinnering – en, vooruit, uit Google Maps… Maar voor het Amerikaanse gedeelte zijn we speciaal naar Amerika gereisd, naar Washington, New York en natuurlijk naar Boston. Rond Boston, op de kust van het huidige Plymouth, zijn de Pilgrims aan land gegaan. Op die plek ligt nu Plimouth Plantation, een Archeon-achtig themapark, een dorpje dat helemaal precies gebouwd is zoals de eerste kolonie er in 1620 uitgezien moet hebben. Er lopen geen gidsen rond, maar acteurs die helemaal opgaan in hun rol, geweldig. Mijn boek telt 40 hoofdstukken – zo veel als de jaren die het volk Israël na de uittocht uit Egypte door de woestijn zou hebben rondgezworven – en daarvan spelen zich 24 er af in Nederland, 8 in de VS en 8 in de Sinaï. U bent docent godsdienst en maatschappijleer op een middelbare school. Heeft het voor de klas staan bijgedragen aan het schrijven op zich en op de inhoud van uw boeken? Omdat ik docent godsdienst ben, ben ik de hele dag met godsdienst bezig. Op die manier draagt het bij aan mijn boeken, want bijna alles wat lees, de films die ik kijk, de documentaires die ik volg, hebben hiermee te maken. Verder komen in een boek natuurlijk altijd flarden van gesprekken terecht die je met mensen voert, dus ook die met leerlingen. U hebt een eigen blog. In hoeverre helpt het hebben van een blog je in het schrijven? Ahum… Op mijn website heb ik een pagina gemaakt waar ruimte is voor mijn blog: A writer’s blog, maar tot op heden is het er nog niet van gekomen om daar iets voor te schrijven. Ik heb wel al vaak aanzetjes gemaakt, maar heb er nooit mee doorgezet. In het algemeen heb ik maar twee dagen in de week om te schrijven, op maandag en op vrijdag. Die dagen wil ik dan zo goed mogelijk gebruiken om te werken aan mijn boek. In de toekomst ga ik mogelijk meer tijd krijgen en dan zal ik ook meer gelegenheid hebben om het blog bij te houden. Er zijn veel recensies over uw werken te vinden. Leest u deze beoordelingen juist wel of niet? En in hoeverre neemt u de in de recensie gegeven tips en tops mee? Ja, ik lees ze toch wel, al raden mensen het je vaak af. De positieve zijn natuurlijk heel erg leuk en die geven je echt zelfvertrouwen en een fijn gevoel. Het stomme is dat de paar negatieve die er zijn je echt heel rot kunnen laten voelen. Die hebben eigenlijk meer invloed dan die positieve, heel kinderachtig eigenlijk, alsof je dan helemaal niet tegen kritiek kunt. Op zich kan ik er mee leven als mensen mijn boek niet mooi vinden of als het genre ze niet ligt. Je kunt nu eenmaal niet iets schrijven dat iedereen mooi vindt. Ik vind zelf bepaalde boeken ook heel erg mooi en andere weer heel erg slecht. Ik heb er alleen wel moeite mee als iemand naar mijn idee echt helemaal niets van mijn boek begrepen heeft en er dan een negatief oordeel over geeft. Ik las een negatieve recensie van iemand over Het Pauluslabyrint die onder meer vond dat de proloog geheel overbodig was. In die proloog wordt juist het hoofdthema van het boek in het kort uit de doeken gedaan. En het boek eindigt ook met een epiloog weer precies waar het begonnen is, dus de cirkel is dan helemaal mooi rond. Dát kan ik dan even echt niet uitstaan! Maar verder zijn er vooral heel erg veel heel positieve recensies te lezen hoor. Tot slot zijn wij benieuwd of u nog tips heeft voor beginnende schrijvers. Aan welke tip heeft u veel gehad? De tip waar ik uiteindelijk zelf het meest aan gehad heb, is toch gewoon: ga zitten en schrijf. Er zijn echt altijd, altijd redenen om niet te schrijven: kamer opruimen, boodschappen doen, de administratie op orde brengen, Facebook, Netflix, je mails beantwoorden enzovoort. Maar zorg dat je gewoon gaat zitten en schrijft. Al is het maar een vast uurtje op een dag. En vergeet die romantiek die om het schrijven heen hangt, zo van om twee uur ’s nachts met een fles op je kamer zitten, worstelend met je verhaallijn… Ik ga gewoon om acht uur zitten, met mijn kop koffie, geïnspireerd of niet, en ga verder waar ik met mijn verhaal gebleven ben. Of zoals ze zeggen: “Wacht niet op de perfecte gelegenheid om te beginnen. Beginnen maakt de gelegenheid perfect.”
Meer weten? BezoekJeroens website.
0 Comments
Leave a Reply. |
Archieven
June 2019
|