Zou je jezelf kort voor willen stellen aan de lezers van dit interview?
Mijn grote passie is schrijven. Niets voelt zo natuurlijk aan als dat. Schrijven voor mij, is zoals vliegen voor een vogel. Naast schrijven ben ik met kunst bezig. Zelf teken en schilder ik ook graag. Ik heb een fijn gezin, een leuke vriend en leef samen met een heleboel dieren. Zo hebben we thuis vier honden, een kat, konijnen, vissen en twee paarden. Eén van die honden is Grace, mijn dalmatiër, die een speciaal plekje heeft in mijn hart. Mijn lievelingerechten zijn ongetwijfeld pasta en sushi. Ik zou elke dag pasta kunnen eten, in elke mogelijke variatie. Liefst eet ik pasta’s met vormpjes, die lange slierten vind ik nogal eentonig. Frambozen vind ik ook heerlijk. Onlangs is Te waar om mooi te zijn uitgekomen. Kun je in je eigen woorden vertellen waar je debuut over gaat? Te waar om mooi te zijn gaat over de 19-jarige Othello Guillory, wiens leven stilvalt wanneer zijn zus Minthe zelfmoord pleegt. Ze wilde absoluut vrij zijn, zonder compromissen. Omdat ze dat in het leven niet kon bereiken koos ze voor de dood, die ze de ultieme vrijheid noemt. Othello is vastbesloten om de vrijheid die Minthe niet in het leven kon vinden na te jagen, als eerbetoon aan zijn zus. Waar Minthe de dood vertegenwoordigt, trekt Othello de kaart van het leven. Hij maakt kennis met Rowan, zijn nieuwe onderbuur, en er ontstaat een hechte vriendschap tussen de twee jongens. Samen gaan ze op zoek naar het waarom van Minthes beslissing om uit het leven te stappen. Ze stuiten op een notitieboekje met brieven aan Othello, waarin Minthe uitlegt waarom ze zich van het leven beroofde. Ondertussen verzwijgt Rowan iets fundamenteels voor hem. Othello’s leven wordt opnieuw overhoop gehaald, en die begeerde vrijheid lijkt verder weg dan ooit… Te waar om mooi te zijn gaat over de schoonheid van het leven. Over het tsjilpen van een vogel. Over een golf die uiteenspat tegen de kust. Het gaat over de grote en de kleine dingen, en hoe die ons dragen. Over de liefde, over een alles verterend verdriet. Het gaat over het ontdekken van de waarheid, en over hoeveel pijn dat doet. Het gaat over mezelf, en over jou. Want er is geen betere fictie dan de realiteit. Als we de flaptekst mogen geloven, is Othello Guillory een sterk personage. We krijgen de indruk dat hij, naarmate het verhaal vordert, op gebied van persoonlijkheid een groei maakt. Zijn er karaktereigenschappen van hem die overeenkomsten hebben met jouw eigenschappen? Zowel Othello, Minthe als Rowan hebben veel eigenschappen die ik terugvind in mezelf. Ik denk dat deze drie personages een mix zijn van wie ik ben. Het kan ook niet anders: de personages van een auteur zijn altijd op een bepaalde manier een afspiegeling van hun bedenker. Ik ben net zo eigenwijs en gepassioneerd als Minthe. Haar liefde voor de zee is even diepgeworteld als de mijne. Ook veel van haar opvattingen deel ik. Alleen is Minthe extremer, ze legt minder nuances. En ik ben jaloers op haar wilde, roodkleurige haardos. Rowan vertegenwoordigt de avonturier in mezelf, de idealist en de romanticus. Rowan is de poëet, de schrijver. Ooit hoop ik net zo sterk in mijn schoenen te staan als hij. Ik ben op momenten in mezelf gekeerd zoals Othello. Net zoals hij heb ik veel nood aan rust, stilte en tijd voor mezelf. Als mij zou overkomen wat hem overkwam, zou ik hetzelfde reageren: door mezelf af te zonderen en op zoek te gaan naar dingen om de persoon die ik heb verloren levend te houden, zoals boeken. Veder benijd ik Othello’s intellect: als ik zo verstandig was als hij zou ik ook astrofysica gaan studeren. De ongrijpbaarheid van het heelal boeit me. Eigenlijk is Te waar om mooi te zijn best een persoonlijk boek. Heb je veel eigen gedachten en/of gevoelens gebruikt om de juiste woorden te vinden? Of heb je bij sommige delen juist afstand van jezelf genomen? Dat klopt! Het is een persoonlijk boek. Daarom ben ik dicht bij mezelf gebleven. Het boek zit ook echt onder mijn huid. Natuurlijk heb ik me ingeleefd in de wereld van mijn personages en verwoorden zij dingen bijvoorbeeld anders dan ik. Die dingen leken dan ook vanzelf te komen, de personages schreven zichzelf. Er staat eigenlijk niets in het boek waarmee ik het niet eens ben. Alles komt voort uit mijn eigen ervaring. Othello onderstreept niet voor niets Whitmans quote: Hou op dingen uit de tweede of derde hand aan te nemen, of te kijken door de ogen van de doden. Luister naar alles en filter, vanuit jezelf, wat je hoort. Hoe is de titel van het boek tot stand gekomen? Een hele tijd geleden keek ik naar een televisieprogramma toen de quote van voormalig stadsdichter Merel Morre verscheen: Sommige dingen zijn te waar om mooi te zijn. Het duurde maar een fractie van een seconde om te weten dat dit de titel was die mijn boek omvatte. Een titel die mijn boek kon dragen, omdat het boek gaat over de ruwe, onverbloemde waarheid. De waarheid die niet mooi is, maar daarom niet minder waar. De titel past ook bij mij: op mijn vijftiende liet ik vitam impendere vero op mijn pols tatoeëren, wat staat voor: ik zet mijn leven in voor de waarheid. Toen ik die quote zag wist ik, net zoals bij Te waar om mooi te zijn, dat dit de tekst was die ik mijn hele leven op mijn lichaam wou dragen. Heb je, sinds de titel van het boek vaststond, wel eens in een spontane situatie ‘te mooi om waar te zijn’ gezegd? Of je boek per ongeluk zo genoemd? Ja, zelfs meerdere keren. Toen ik een tijdje geleden om een boek ging in Standaard boekhandel Brasschaat, vroeg ik de verkoper of mijn boek ook in hun winkel zou verschijnen. ‘Te waar om mooi te zijn, zo heet je boek toch?’ vroeg de verkoper, die al op de hoogte was. ‘Nee, Te mooi om waar te zijn!’ antwoordde ik stellig. Ook het omgekeerde komt voor: ik zeg te waar om mooi te zijn, wanneer ik eigenlijk te mooi om waar te zijn bedoel. Je houdt van lezen en kunst. In hoeverre heb je meegeholpen bij het ontwerpen van de kunstzinnige omslag van Te waar om mooi te zijn? Het ontwerpen van de cover gebeurde steeds in overleg met mijn redacteur en Deborah van der Schaaf, de vrouw die het omslag bedacht en met de hand borduurde. Vooral in de eerste stadia brainstormden we samen, gooide we al onze ideeën op tafel. Er werd steeds rekening gehouden met zowel de inhoud van het boek, als mijn visie op de cover, hoewel het vooral Deborah was die met de ideeën kwam. Ik vertrouwde haar volledig en was dan ook dolblij toen ik de cover uiteindelijk zag. Het omslag was het boek op het lijf geschreven.
Waar dacht je aan toen je op 7 juni 2017 wakker werd; de dag van de uitgave van Te waar om mooi te zijn?
Ik dacht vooral aan mijn hond Grace, zij was die nacht erg ziek geworden. Hoge koorts, en het leek alsof ze veel pijn had. Toen ik ’s ochtends wakker werd draaide ik me meteen op mijn zij, om te kijken of ze nog leefde en het nog steeds zo warm had. De gedachte aan mijn boek dat die dag verscheen kwam pas later, maar ik besefte het nog niet helemaal. Dat besef kwam geleidelijk die week, toen er aanvragen kwamen voor interviews, artikels verschenen en toen ik Te waar om mooi te zijn in de boekhandel zag liggen. Het gelukkigst was ik toen ik een paar weken geleden thuiskwam en een aan mij geadresseerde doos zag. Daarin zaten de 20 eerste exemplaren van Te waar om mooi te zijn. Ik ben beginnen lachen en huilen, schreeuwde het bijna uit van blijdschap. Ik heb het boek toen heel de dag met me meegesleept. Op je website zijn prachtige foto’s van Nepal te vinden. Kun je kort iets over de reis vertellen? Wat is het meest speciaal dat je daar hebt mogen doen? De reis naar Nepal was erg bijzonder. In aanraking komen met een totaal andere cultuur is dat altijd en het feit dat ik solo reisde maakte alles extra intens. Ik heb zowel de overweldigende drukte van Kathmandu ervaren – de kriskras door elkaar rijdende auto’s, de uitlaatgassen, de armoede – als de rust van het bergdropje Pharping. Daar gaf ik les aan boeddhistische monniken in een klooster. Het was de bedoeling dat ik Engelse les zou geven, maar toen ik aankwam bleek dat ze al de Engelse leerstof al hadden gezien. Aardrijkskunde bleek ook geen voltreffer– Rusland is een buurland van Nepal, Europa ligt in Amerika – en geschiedenis leek nog minder goed te gaan. Gelukkig had ik verf en kleurpotloden meegebracht. Samen schilderen en kleuren met kinderen die zelfs niet weten wat verf is, was erg bijzonder. De onschuld en het enthousiasme, maar ook de toewijding van de jonge monniken trof me diep. Toen ik eind november terug naar huis vertrok brachten de kinderen me een hele verzameling zelfgemaakte kerstkaarten, terwijl er in Nepal helemaal geen kerst wordt gevierd. “Miss, this is for you, for Christmas.” Dat zeiden ze, in hun gebrekkige Engels. Zelfs nu ik eraan terugdenk worden mijn ogen een beetje vochtig. Hoe en waar zie je jezelf over vijf jaar? Ik heb niet zo’n uitgesproken beeld over mijn toekomst, maar probeer het leven eerder op me af te laten komen. Kome wat komen moet. Er zijn wel een paar dingen die ik voor mezelf wens. Dat Te waar om mooi te zijn tegen die tijd verfilmd is, en hopelijk vertaald. Dat mijn tweede of zelfs derde boek ondertussen succesvol gepubliceerd zijn, zodat ik van schrijven mijn beroep kan maken. Dat ik nog steeds samen ben met mijn huidige vriend, en dat ik mijn studies mooi heb afgerond. En dat mijn haar ondertussen zo lang geworden is, dat het reikt tot aan mijn onderrug. Op Rapunzel lijken was altijd al mijn meisjesdroom. Rapunzel is dan ook één van mijn favoriete Disneyfilms. Heb je als afsluiting nog een goede tip voor beginnende schrijvers? Vooral doorzetten! Ik heb Te waar om mooi te zijn zo vaak herschreven dat ik er ziek van werd en het boek een tijdje moest wegleggen. Maar ik had mezelf iets beloofd: het zou er komen. Die belofte heb ik waargemaakt. Ik heb al mijn vrije uren die ik met vriendinnen of aan schoolwerk kon besteden in mijn boek gestoken. Ik heb vaak met de handen in het haar gezeten, klaar om heel het manuscript de vuilbak in te kieperen. Verder is het belangrijk dat je kan omgaan en openstaan voor kritiek/feedback. Doorheen het schrijfproces wordt er heel wat veranderd aan de oorspronkelijke tekst. Zeker wanneer je het stadium van uitgeven hebt bereikt. Ik ben bijvoorbeeld van 350 naar 150 bladzijden gegaan, met de feedback van mijn redacteur, maar we hebben er wel op toegekeken dat de essentie niet verloren ging. Bovenal moet je het met heel je hart en ziel willen. Wat je met liefde doet, doe je beter.
Interview door Rosanne
0 Comments
Leave a Reply. |
Archieven
June 2019
|