(voor de liefhebbers: hier de handgeschreven versie van dit artikel): De handgeschreven versie Het is wonderbaarlijk: het is eind februari dat ik dit schrijf. Ik ben alleen thuis, zit helemaal achterin de tuin met twee katten voor me, languit op de grond. De derde kat ligt ergens binnen. Het zonnetje schijnt, de basisschool achter mijn huis is net uit en overal om me heen klinken juffen, kinderen, vogeltjes en een verdwaalde vuvuzela – of andere verjaardagstraktatie-toeter. Ik zit in mijn hemdje en het voelt als 25 graden. Waar ik naartoe wil? Naar het uitspreken van mijn mening, namelijk dat ik het écht fijn vindt om te recenseren met pen en papier. Dus, net zoals vroeger! Hoewel de geelwitte pen die ik voor nu heb uitgekozen eigenlijk te zwaar schrijft, heb ik net een recensie over het boek ‘Rafaël’ (Christine Otten) geschreven, die over een aantal weken op de website te lezen is. Jullie hebben misschien wel eens op ons Instagram-account foto’s voorbij zien komen van handgeschreven recensies. Inclusief ieniemienie illustraties: bij ‘Wonder’ was het een raket en bij ‘Broken hearts, fences and other thing to mend’ was het een hek met een hart. Als je recensies schrijft, heb je de ruimte en mogelijkheid om daadwerkelijk veel creatiever te zijn. Met tekeningetjes, maar ook middels handlettering. Bovendien vind ik het veel leuker om met de hand te schrijven. Ik vind de schrijfbewegingen namelijk veel leuker dan typbewegingen. Op boodschappenlijstjes na schrijf ik echt te weinig met pen. Zelfs to-do lijstjes typ ik in mijn mobiel, omdat ik het, als ik het op papier zet, simpelweg vergeet bij te houden (hoewel het doorstrepen wel heerlijk is). Als ik op papier recenseer, ben ik gewoon echt even weg van het scherm. Gek genoeg heb ik als ik met pen schrijf ook minder writers blockjes (want ja, die heb ik ook als ik recenseer) én heb ik beter voor ogen wat ik wil schrijven. Als ik typ, heb ik de neiging vaak in herhaling te vallen en zinnen dubbel te verwoorden. Dan ratel ik meer, terwijl ik het eigenlijk veel korter had kunnen opschrijven. Als ik schrijf, heb ik meer tijd om na te denken. Maar, als je nu denkt: met pen recenseren kost véél meer tijd… dan heb je gelijk. Het kost veel meer tijd om te schrijven, dan om te typen. Vooraleer ik bij het schrijven één zin op papier heb, dan had ik er bij het typen sowieso al twee staan. Denk ik. Ik heb nog niet met een stopwatch mijn schrijf- en typsnelheid bijgehouden, dus weet niet of mijn stelling dus klopt. Toch is het schrijven voor mijn gevoel aan de andere kant wél tijdbesparend. Als ik typ, vlieg ik eigenlijk heen en weer tussen de recensie en Facebook, Gmail, Hebban, JW.org, Africam.com en andere dingen. Als ik schrijf, schrijf ik tot de recensie af is. als ik hem (soms uren, soms weken) later op de computer overtyp, lees ik hem automatisch nogmaals door (tijdens het overtypen, dus). Op deze manier filter ik er sowieso nog enkele fouten uit, die ik er niet uit had gefilterd als ik alleen maar had getypt (omdat ik veel te lui ben om over te lezen wat ik getypt heb). En verder: schrijven is gezonder. Het is goed voor je fijne motoriek, geheugen, lezen, handschrift (hoewel dat van mij nu wel steeds lelijker wordt, omdat ik moe wordt én vanwege deze zware pen), oog-handcoördinatie, activatie en stimulatie van het brein, et cetera. Plus: je bent gewoon lekker een beetje extra in beweging. Echt waar! Luister maar naar van die slimme mensen als Erik Scherder. Of “gewoon” maar naar mij. Wat zijn volgens jou voordelen voor het ouderwets schrijven?
0 Comments
Leave a Reply. |